cederen

werkw.
Uitspraak:  [sə'derə(n)]
Afbreekpatroon:  ce·de·ren
Vervoegingen:  cedeerde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft gecedeerd (volt.deelw.) Toon alle vervoegingen

(het recht op geld dat jij nog van iemand moet krijgen) overdragen
Voorbeelden:  `een vordering cederen`,
`Je krijgt weliswaar nog veel geld van dat louche bedrijf, maar je kunt je vordering beter cederen aan een incassobureau, dan krijg je tenminste nog iets.`


7 definities op Encyclo
  • 1) Afstand doen van 2) Afstaan 3) Zwichten 4) Wijken 5) Afstand doen 6) Van zekere houtsoort 7) Vervaardigd van cederhout 8) Bezwijken voor 9) Van zeker materiaal 10) Hout 11) Overdragen
  • afstaan
  • afstaan en overdragen aan een derde partij (de cessionaris ); overleveren (aan iemand anders of aan een instantie); afstaan; overdragen Bij het cederen van een schuldvordering zijn er drie betrokken partijen: een oorspronkelijke schuldeiser ([ cedent ), een nieuwe schuldeiser ( cessionaris ) en een schuldenaa...
  • afstaan Jaar van herkomst: 1506 (HWS )
  • afstand doen van, overlaten.
Toon uitgebreidere definities

Deze woorden eindigen op cederen:
procederenprecederen

Herkomst volgens etymologiebank.nl
cederen (afstaan)

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van cederen?
De verleden tijd van cederen is 'cedeerde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft gecedeerd'.
Wat betekent cederen?
'(het recht op geld dat jij nog van iemand moet krijgen) overdragen'
Hoe spel je cederen?
cederen spel je C E D E R E N

Op andere websites
Zoek cederen op Woordenlijst.org
Zoek cederen op Google
Zoek cederen op Wikipedia