bespugen

werkw.
Uitspraak:  [bə'spyxə(n)]
Afbreekpatroon:  be·spu·gen
Vervoegingen:  bespuugde (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft bespuugd (volt.deelw.)

spugen op (iemand of iets), vooral om je minachting te tonen
Voorbeeld:  `uitgescholden en bespuurg worden`
Synoniem:  bespuwen


Synoniemen
bespuwen   

1 definitie op Encyclo
  • • "iemand, iets ~": speeksel doen belanden op iets of iemand (+audio)
Toon uitgebreidere definities

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van bespugen?
De verleden tijd van bespugen is 'bespuugde'. Het voltooid deelwoord is 'heeft bespuugd'.
Wat betekent bespugen?
'spugen op (iemand of iets), vooral om je minachting te tonen'
Hoe spel je bespugen?
bespugen spel je B E S P U G E N
Wat is een ander woord voor bespugen?
Een ander woord bespugen is bespuwen.

Op andere websites
Zoek bespugen op Woordenlijst.org
Zoek bespugen op Google
Zoek bespugen op Wikipedia