de assuradeur

zelfst.naamw. (m.)

Verbuigingen:	assuradeuren assuradeurs
Verbuigingen:	assuradeurtje

1) een onderneming die verzekeringen afsluit, verzekeraar

2) een tussenpersoon met de bevoegdheid van een verzekeraar

Synoniemen

11 definities op Encyclo

•een onderneming die verzekeringen afsluit.
Let op: Spelling van 1858 verzekeraar. Assurantie, verzekering, waarborg. Assureren, verzekeren
1) Underwriter 2) Beroep 3) Verzekeraar 4) Verzekeraar tegen schade 5) Verzekeringsagent 6) Iemand die verzekeringen afsluit
Een andere benaming voor verzekeringsmaatschappij (zie aldaar) of voor een gevolmachtigd agent (zie aldaar) hiervan.
Oorspronkelijk was een assuradeur de persoon of firma die als gevolmachtigd agent van een of meer binnen- of buitenlandse verzekeringsmaatschappijen voor rekening en risico van deze maatschappij(en) ter beurze verzekeringen accepteerde, de polissen daarvoor tekende en eventuele schaden regelde en vergoedde. I...

Herkomst volgens etymologiebank.nl

Taaladvies

Staat co- nog duidelijk op zichzelf of gaat het op in het geheel? Zie Co-assuradeur / coassuradeur

Vraag & Antwoord voor je slimme speaker

Het is 'de assuradeur', want assuradeur is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die assuradeur'.

'een onderneming die verzekeringen afsluit, verzekeraar' en 'een tussenpersoon met de bevoegdheid van een verzekeraar'

assuradeur spel je A S S U R A D E U R

Een ander woord assuradeur is verzekeraar.

Op andere websites

Recentelijk gezocht