de aftocht

zelfst.naamw. (m.)

Uitspraak:	[ˈɑftɔxt]
Afbreekpatroon:	af·tocht
Verbuigingen:	aftochten (meerv.)

keer dat een leger teruggaat

Voorbeelden:	`de aftocht van een vijandelijk leger eisen`, `een roemloze aftocht`
Synoniem:	vertrek
de aftocht blazen	(ergens weggaan) `na een smadelijke nederlaag de aftocht blazen` Synoniem: vertrekken, zich terugtrekken

afmars   vertrek   opmars (antoniem)   

• de aftocht blazen (=vertrekken als de situatie bedreigend of te moeilijk wordt)
Naar de spreekwoorden

• wegvluchten voor een gevaarlijke situatie vb: de aftocht van de vluchtelingen kwam op gang de aftocht blazen [ervandoor gaan]
• 1) Afgang 2) Afreis 3) Ruiming 4) Het wegtrekken 5) Het terugtrekken 6) Afmars 7) Het heengaan 8) Deinzing 9) Terugtocht 10) Terugtrekken 11) Vertrek 12) Terugtrekking 13) Retraite 14) Retirade

Toon uitgebreidere definities

aftocht

Is het 'de aftocht' of 'het aftocht'?

Het is 'de aftocht', want aftocht is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die aftocht'.

Wat is het meervoud van aftocht?

Het meervoud van aftocht is 'aftochten'. Eén aftocht, twee aftochten.

Wat betekent aftocht?

'keer dat een leger teruggaat'

Hoe spel je aftocht?

aftocht spel je A F T O C H T

Wat is een ander woord voor aftocht?

Andere woorden voor aftocht zijn afmars en vertrek.

Wat is het tegenovergestelde van aftocht?

Een antoniem van aftocht is opmars.

Zoek aftocht op Woordenlijst.org
Zoek aftocht op Google
Zoek aftocht op Wikipedia