de Saks

zelfst.naamw. (m.)

Verbuigingen:

Saksen

een inwoner van Saksen, of iemand afkomstig uit Saksen

Bron: WikiWoordenboek.

• 1) Lid van een germaans volk 2) Germaan 3) Oud volk 4) Oud-europeaan 5) Oudeuropeaan 6) Bewoner van oud-nederland 7) Lid van een germaanse volksstam 8) Leverworst 9) Duitser 10) Bewoner van saksen
• iemand die behoorde tot het Germaanse volk dat in het huidige Oost-Nederland en in het noordwesten van het huidige Duitsland woonde en dat in de vijfde eeuw het Kanaal overstak om Brittannië te veroveren Meestal in de meervoudsvorm in toepassing op het hele volk. iemand die afstamt van en zich verwant voelt ...

Toon uitgebreidere definities

• Sakser• Saksisch• Saksische

• Nedersaks

Is het 'de Saks' of 'het Saks'?

Het is 'de Saks', want Saks is mannelijk. Als je het aanwijst is het 'die Saks'.

Wat betekent Saks?

'een inwoner van Saksen, of iemand afkomstig uit Saksen'

Hoe spel je Saks?

Saks spel je Hoofdletter-S A K S

Zoek Saks op Woordenlijst.org
Zoek Saks op Google
Zoek Saks op Wikipedia