Spreekwoorden met `je bek`

Zoek

3 spreekwoorden en uitdrukkingen bevatten `je bek`

  1. dominee brand je bekje niet (=pas op! Het eten of de drank is heet!)
  2. je bekomst ergens van hebben (=ergens genoeg van hebben)
  3. op je bek gaan (=een grote fout maken; afgaan)

24 dialectgezegden bevatten `je bek`

  1. aagd au toot (muil, bek...) (=hou je bek) (Wichels)
  2. aj'd aën toadere (=hou je bek) (Kaprijks)
  3. haot de moeël (=hou je bek) (Nunûms)
  4. Heb ik jou ff Tuk / Stao jij met je bek vol tanden (=Heb ik jou ff beet / Sta jij ff met je mond vol tanden) (Utrechts)
  5. hol mien vast, hol mien vast (=Ik sla je op je bek) (Groesbeeks)
  6. höb se nog gein pijn aon die lip (=letterlijk: heb je nog geen pijn aan je lip - betekent: beter hou je je bek eens) (Mestreechs)
  7. ich houw dich op de vres (=ik sla je op je bek) (Kerkraads)
  8. ich paer dich d'r ein (=ik sla je op je bek) (Nunûms)
  9. ik stomp oe op oewn baast (=ik sla je op je bek) (Kerkdriels)
  10. je bek een douw geven (=zomaar iets zeggen) (Rotterdams)
  11. je bek loof lulle. (=Praten als Brugman.) (zaans)
  12. je bek zel d'r van skeure. (=Ik lust er wel pap van.) (Zaans)
  13. Je vrete uit je bek zitte kijke (=Iemand die naar je eten kijkt (en er eventueel om bedelt)) (Rotterdams)
  14. Ken je bek niet verder open? (=als iets peperduur is) (Rotterdams)
  15. ken je bek niet verder opuh/ ken je je bek niet verder ope trekken/ dagen zat dat ik het niet op de bank/ in mun portemenaie/ porte met niks heb / Alsof ie een emmer leeggooit. (=`wat is dat duur zeg` (als reactie op iets dat een hoge prijs heeft) (Utrechts)
  16. Kiek moar uut, anders zak je de bijtspiekers uut de bek tetsen! (=Pas maar op, anders zal ik je tanden uit je bek slaan!) (Arnhems)
  17. ma lijje tôjje op je bek fiel (=hoop dat je valt) (Nijmeegs)
  18. Moat ik dy op dyn bek raamje? (=Moet ik je op je bek slaan?) (Fries)
  19. Must dyn freet houwe! (=Je moet je bek houden!) (Bolserters)
  20. nen dzjoef op eu muule (=een klap voor je bek) (Gents)
  21. Tabonnemok! (=Hou je bek) (Amsterdamse straattaal)
  22. woj 'n lik an de bek hebb'n (=moet je een klap voor je bek hebben?) (Twents)
  23. zak aa ne pèrdewend op aa kop geev'n (=moet je een klap voor je bek) (Wetters)
  24. Zal ik oe voor de kopke beuke? (=Zal ik je voor je bek slaan?) (Betuws)


Bronnen

De spreekwoorden en gezegden zijn afkomstig van Wikiquote, Wikipedia en onze gebruikers. Op woorden.org is de uitleg ingekort en is herkomst van spreekwoorden en gezegden weggelaten.

Zie ook:
  • vaartips.nl Ruim 300 woorden, zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • debinnenvaart.nl Nog eens honderden zegswijzen en uitdrukkingen met een maritieme achtergrond
  • Het boek `De Latynsche spreekwyzen` uit 1755 met oud-Nederlandse vertalingen