vertrouwen op

werkw.
Uitspraak:  [vər'trɑuwə(n) ɔp]
Vervoegingen:  vertrouwde op (verl.tijd enkelv.)
Vervoegingen:  heeft vertrouwd op (volt.deelw.)

uitgaan van (iets), rekenen op (iets of iemand)
Voorbeelden:  `Ik vertrouw erop dat je hierover je mond houdt.`,
`We vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.`,
`Ik vertrouw op mijn intuïtie.`


Vraag & Antwoord voor je slimme speaker
Wat is de verleden tijd van vertrouwen op?
De verleden tijd van vertrouwen op is 'vertrouwde op'. Het voltooid deelwoord is 'heeft vertrouwd op'.
Wat betekent vertrouwen op?
'uitgaan van (iets), rekenen op (iets of iemand)'
Hoe spel je vertrouwen op?
vertrouwen op spel je V E R T R O U W E N Spatie O P

Op andere websites
Zoek vertrouwen op op Woordenlijst.org
Zoek vertrouwen op op Google
Zoek vertrouwen op op Wikipedia